4. Span- stuw- en hulpmiddelen

Onderdeel D. Span – en stuwmaterialen en hulpmiddelen:
Toetsnorm en beoordeling:
• Behandel 1 hulpmiddel en 1 span- of stuwmateriaal. Stel 2 vragen
over elk van deze twee
• Voldoende bij minimaal 3 van de 4 vragen goed
Eindtermen span – en stuwmaterialen en hulpmiddelen (te behandelen in de
opleiding):
– De kandidaat kan de diverse span- en stuwmaterialen aanwijzen en benoemen.
– De kandidaat kan aangeven wanneer een (af)dekzeil gebruikt moet worden.
– De kandidaat kan aangeven wat het voordeel is van het gebruik van
antislipmatten.
– De kandidaat kan aangeven voor welk doel een span- en stuwmateriaal wordt
gebruikt.
– De kandidaat kan een spanbandlabel verklaren.
– De kandidaat kan aangeven wanneer een stuw- of spanmateriaal niet meer
voldoet.
– De kandidaat kan aangeven wat het doel is van opvulmateriaal.
– De kandidaat kan aangeven wanneer de lading voldoende is gezekerd.
– De kandidaat kan de controle aan een steekwagen uitvoeren en benoemen.
– De kandidaat kan de controle aan een pomppallettruck uitvoeren en benoemen
(optioneel).
– De kandidaat kan de controle aan een elektrische pallettruck uitvoeren en
benoemen.
Voorbeeldvragen span – en stuwmaterialen en hulpmiddelen:
– EPT: Wat controleer je?
• Accu opgeladen
• Hefvermogen
• Eigen massa
• Werkt het?
• De noodknop
– Steekwagen: Wat controleer je?
• Banden/wielen
• Breuken en scheuren
• Werkt het?
– Spanband: controle en gebruik
• Wanneer mag ik een spanband niet meer gebruiken?
• Hoe veel spanbanden heb ik nodig om de IBC van 250 kg te zekeren?
• Verklaar het spanband etiket